De perfect modus

Illustratie: DessinDestin

Godzijdank, het is tweede kerstdag. “De eerste heb ik gelukkig overleefd” dacht hij bij zichzelf. Eerste kerstdag zijn de mensen nogal stijfjes in het restaurant. Dan lijkt het wel alsof iedereen in de “alles moet perfect zijn” modus staat. Hij kon er geen muzieknootje naast zitten of hij ving wel een boze blik. Tweede kerstdag is de sfeer altijd losser. Klanten doen eerder hun stropdas af zeg maar. Bovendien heeft Anita dienst vandaag en dat scheelt ook een slok op een borrel. Hij hoefde maar naar haar te knipogen of er stond weer een glas wijn naast zijn keyboard. Het kan haast niet anders of zij heeft stiekem een oogje op hem. Ergens vindt hij haar ook wel leuk. Zeker als het wat later op de avond is, dan valt dat glazen oog niet meer zo op. Uiteindelijk is niemand perfect nietwaar? Soms moet je een oogje toeknijpen bedacht hij zichzelf terwijl hij in zijn bladmuziek zat te bladeren. “In het nieuwe jaar moet ik misschien toch maar eens contact zoeken met kolonel Von Streum” schoot het door zijn hoofd. Hij had gelezen dat deze manager goede zaken deed in de culturele sector op de weblog van Suske. Hij was eigenlijk wel in voor wat meer “rock ’n roll” in zijn leven. En wellicht kan Pretstael een toetsenist gebruiken als hij weer is bijgekomen, wie zal het zeggen? Hij controleerde zijn mobieltje, het nummer van Von Streum stond er nog in. Okay, “Driving home for Christmas”, altijd een goede opener, hij draait zijn volumeknop open en slaat de eerste akkoorden aan, tweede kerstdag kan beginnen.

Kerstvakantiegevoel

Foto: VihU

Ruben heeft het kerstvakantiegevoel te pakken, en geef hem eens ongelijk. Rustig aan, even bijkomen van de verbouwing en alle hectiek van het afgelopen jaar. Afkloppen, tot nu toe is het hier redelijk rustig met vuurwerk. Het is er wel, maar vooralsnog niet zo erg als in voorgaande jaren. Wat Ruben betreft houden we dat ook zo.

Kerstfuckje

Foto: VihU

Twijfelend stond zij te kijken bij de kerststukjes. Ze moest nog iets regelen voor tante Lydia. Die met die teddybeer was te kinderachtig. Lydia had sowieso niets met kinderen. Sterker nog, ze had een uitgesproken hekel aan haar neefjes en nichtjes en kneep ze stiekem als de ouders het niet zagen. Dat grote stuk in die vaas was te duur. Het mocht niet teveel geld kosten. Lydia gaf zelf ook geen geld uit aan haar familie. Ze nam graag in ontvangst maar gaf nooit iets weg, de oude vrek. Hmm, het kon nog wel eens lastig worden. Die met de dennetakken was te mooi. Dat verdiende het chagrijnige kreng niet. Vervolgens viel haar oog op een wanstaltig stuk met goedkope plastic ballen. Het zag er uit alsof het bij een smerig tankstation vandaan kwam waar het weggestopt was tussen verlepte bossen chrysanten in foute plastic folie. “Doet u deze maar” zei ze glimlachend terwijl ze het stuk op de toonbank plaatste. “Is het een cadeau mevrouw?” Ze keek nog eens naar het kerststukje, dat deed pijn aan haar ogen. “Nee, pak maar niet in”. Met een voldane glimlach liep ze de supermarkt uit, blij dat ze geslaagd was, fuck Lydia en fuck kerststukjes.

Survival

Foto: VihU

De buurtsuper is nu al een kwestie van overleven. Weet ik ook weer waarom ik vooral s’ochtends vroeg boodschappen doe en niet rond het middaguur. Maar ja, ik wou een keer uitslapen op mijn vrije vrijdag. Ik heb in ieder geval het avondeten tussen de zenuwachtige kerstshoppers vandaan weten te peuteren. Ellenlange boodschappenlijsten zeulen ze met zich mee. Ik moet wel zeggen dat zo’n AK-45 (geleend van Heinrich) in het kinderzitje van je boodschappenkar wonderen doet, ik kreeg gewoon vrij baan!

Foto: VihU