Apenheul

Illustratie: VihU

Niet het eerste waar de meeste mensen aan zullen denken als je deze tekening ziet, dacht hij bij zichzelf. Toch was dat het eerste wat wat hem te binnen schoot toen hij deze potloodtekening weer terug zag.

Vrienden hadden hem nog gewaarschuwd voor een vriendin met drie zoons. “Dat gaat meestal niet goed”, achteraf gezien had hij beter moeten luisteren. Haar ouders hadden die week vakantie naar de Veluwe betaald. En natuurlijk ging hij mee toen hem dat werd gevraagd. Voordat ze hun intrek namen in een te klein Centerparks huisje zouden ze langs de Apenheul gaan. Het zou het begin worden van een dramatische vakantie.

De jongste, een nakomertje, viel nog wel mee. Die was vrij onbevangen en zag overal de humor van in. De tweede was een stille jongen die zich op de achtergrond bewoog en er daar zijn eigen agenda op na hield. Vooral met de oudste was het in de Apenheul helemaal mis gegaan, zeker toen hij zijn broertjes probeerde te mobiliseren.

Ze waren de entree nog niet door of zijn oog was gevallen op een groot reclamebord waarop ze bij de Apenheul duidelijk maakten dat de pizza in de aanbieding was. Hij had het joch al eerder eens aangetroffen, min of meer kwijlend voor een open voorraadkast en nu werd zijn vermoeden bevestigd dat deze overduidelijk last had van een eetstoornis.

Die jongen zag alleen nog maar pizza, er was in zijn beleving geen aap meer te bekennen op die heul. Het hele bezoek was uitgedraaid op zeuren en dreinen om pizza en hij had daarbij ook bedacht dat zijn broers dat ook wilden eten. Het was de enige keer geweest dat de jongens die vakantie hun zin niet kregen van hun moeder. Toen de oudste na ruim drie uur werd gevraagd hoe hij de Apenheul vond bij het vertrek, zweeg hij met een uiterst chagrijnig gezicht. Het enige wat hij nog deed was in stilte wijzen naar het pizza reclamebord.

Op dat moment had hij eigenlijk zijn tas moeten pakken en terug naar huis moeten gaan. De tekening had hij gemaakt op het terras bij het vakantiehuisje tijdens één van de zeldzame momenten dat hij heel even tijd voor zichzelf had gehad. De jongens hadden de rest van de vakantie de agenda bepaald, van s’ochtends vroeg tot s’avonds laat en overal hun zin in gekregen. Het resultaat van een middag pizzaterreur.

De potloodtekening was wel geslaagd, maar nu hij deze weer terug zag kon hij de apen weer ruiken en een echo uit het verleden horen zeuren om pizza.

Markt

Markt in Beverwijk

“Klote markt” ging het door zijn hoofd. “Iedere week weer die klote markt. En wie kon er weer de tassen sjouwen? Juist! Zelf zou ze dat niet doen natuurlijk, daar voelde mevrouw zich te goed voor. Als ze nou nog nuttige dingen kocht, maar nee, tassen vol met troep waren het iedere keer. En ondertussen maar naar dat oeverloze getetter moeten luisteren. Houd toch je kop als je niets te zeggen hebt. Woensdag marteldag, iedere week weer een drama”.

Gelukkig zat hij inmiddels aan de sloot. Thuis stond immers altijd zijn trouwe hengeltje te wachten, zijn enige houvast op deze ellendige dag. Hij zuchtte nog eens diep en pakte zijn pakje halfzware van Nelle. Een tevreden roker is geen onruststoker bedacht hij zich. Nog zes dagen, dan was het weer zover, maar nu was er gelukkig alleen even het water, zijn hengel en een peukie.

Foto’s: VihU