Wil ik u, beste lezers, danken voor uw bezoek en de reakties. Ik wens u allen een rustige jaarwisseling en voor het komende jaar vooral veel gezondheid. Zonder het laatste komen we uiteindelijk nergens nietwaar? Wij lezen en zien elkaar weer in het nieuwe jaar.
Daar zat hij dan. Het resultaat van overdaad wreekte zich uiteindelijk en zijn buik had nu zoiets van “doe het zelf maar, ik vertik het nog langer”. Die laatste oliebol moest de beruchte druppel zijn geweest die de emmer deed overlopen. Zijn inwendige mens had dapper garnalencocktails, vette gourmet en borrelgarnituur weg weten te spoelen met sloten wijn maar hield nu al een paar dagen zijn sluitspier in een houtgreep. Er kwam niets meer uit.
Onderweg naar het Top2000 Café bespeurde hij de eerste krampen al in de auto. “Als dat maar goed gaat” had hij bij zichzelf gedacht. De hele week had hij er naar uitgekeken, de finale van de lijst der lijsten in het café. Hij had kaarten weten te bemachtigen voor het tijdslot naar twaalf uur. Kaarten waar half Nederland een moord voor zou doen. En nu het “moment supreme” daar was, keek hij aan tegen de achterkant van een NPO wc-deur.
In het café begonnen ze af te tellen. Tien, negen, acht. “Verdomme, volgend jaar eet ik alleen nog maar groenten, fruit en volkorenbrood”.
Zeven, zes, vijf. “En daar drink ik een liter Yakult bij”.
Vier, drie, twee. Het zweet parelde op zijn voorhoofd en de aderen op zijn slapen zwollen op.
Één, nul, happy new year!!! De inhoud van zijn darmen plonste het nieuwe jaar in. Hij had er zwaar de pest in, maar was toch ook wel opgelucht. Totdat zijn blik viel op het laatste hangende velletje wc-papier aan de rol, 2024 was nog maar net begonnen en nu al een schijtjaar.
Die teddyberen moet je absoluut niet alleen laten op de drankafdeling in de supermarkt. Zoals u ziet zuipen zij zich direct een stuk in hun kraag. Meer teddybier dan teddybeer derhalve. Tenzij u de Engelse taal prefereert, dan mag u het op teddybeer houden. Cheers.
“Verveel jij je daar niet?”. Die vraag kreeg ik voor we bij Succubus langs gingen vandaag. Toegegeven, de herenafdeling is een stuk kleiner dan die van de dames. Maar als ik klaar ben met snuffelen in de kledingrekken geef ik mijn grafisch oog graag de kost. Alleen al de vormgeving van tassen en schoenen leveren dermate veel “eyecandy” op dat ik mijzelf daar ook zonder koopwaar niet snel verveel.
Ze waren er overheen gekomen. Het had wel de nodige voeten in aarde gehad, maar het was ze gelukt. Die facelift was vervelend geweest, maar ach, dat was een wezenlijk onderdeel van de showbusiness tegenwoordig nietwaar? Uiteindelijk waren ze daar toch wel op uitgekomen. En die verhuizing was ook niet zo erg, waren ze meteen van die vervelende buren af. Zakelijk gezien was de naamsverandering misschien nog wel het vervelendst geweest. “The Stiletto’s” klonk lekker scherp en daar hadden ze naam mee gemaakt. Maar ja, ze moesten na het ongeluk min of meer noodgedwongen overstappen van de act met messen werpen naar het Nederlandstalige levenslied en “de Tena’s” klonk ook niet verkeerd. Achteraf gezien hadden ze die bijlen er niet bij moeten nemen. Ze waren nog zo gewaarschuwd. Dat messen werpen ging goed, maar die bijlen waren toch een beetje tricky. Evengoed konden zij er toch niets aan doen dat die Russische toneelknecht ineens opdook? Als ze aan het incident terugdachten hoorden ze hem weer schreeuwen. Het bloed spatte alle kanten op. Toch jammer dat ze na het dweilen die laatste vinger nooit hadden terug gevonden.
Gisteravond even heen en weer naar Rotterdam. Dan kan je onderweg nog eens een plaatje schieten. De bijrijder dan, iemand moet natuurlijk wel met de handjes aan het stuur blijven zitten. Het was rustig op de vluchtstrook.
In eerste instantie had hij er niet zoveel zin in toen zijn zoon en schoondochter hem mee vroegen naar Landal. “Ga mee pa, dan zit je met de jaarwisseling ook niet in je eentje naar de beeldbuis te staren”. Nou en? Als hij dat nou prettig vond? Maar goed, na enig aandringen had hij toch maar ingestemd met het voorstel. En nu hij er was, vermaakte hij zich uitstekend. Vooral het subtropische zwemparadijs beviel hem goed. Hij was er niet uit weg te slaan. De deurtjes van de kleedhokjes hingen namelijk zo ruim in hun scharnieren dat je er gemakkelijk in kon gluren. En als de dames zich aan het afdrogen waren en hun natte zwemkleding op de grond lieten vallen was het zijn moment om toe te slaan. De topjes van bikini’s hadden zijn voorkeur. Met een snelle greep wist hij de stukjes textiel onder de deurtjes door vandaan te grissen, om vervolgens de benen te nemen. Ha! Als ze het al opmerkten durfden ze naakt toch niet achter hem aan te gaan, bedacht hij zich grijnzend. De teller stond inmiddels op zeven stuks. Als hij uit de handen wist te blijven van die bolle zweminstructeur moest hij minstens op een dozijn uit kunnen komen voordat ze 1 januari weer huiswaarts zouden gaan. Dat zou nog eens een prachtig begin van 2024 zijn.
Goed, de Top2000 op tv. Ze hebben één of ander playbackhok geintroduceerd. Ik zie in ieder geval met enige regelmaat bezoekers van het café in een hok achter de microfoon als vissen op het droge naar adem happen. Of ze proberen mee te zingen, dat kan ook. Het bijbehorende geluid staat namelijk niet aan. Waarschijnlijk is dat voor onze oren maar beter ook. Aan de andere kant, met het geluid aan heb je als kijker wellicht nog iets om te lachen. Nu zijn die zichzelf voor paal zettende bezoekers eigenlijk alleen maar storend op de buis. Het effect van de camera op de mens is sowieso wel weer duidelijk als je dit een beetje zit te bekijken. Zet een camera voor iemand neer en meer dan de helft van de bezoekers begint zich dermate raar te gedragen dat men zichzelf achteraf hoogst waarschijnlijk niet terug wil zien. De Top2000 op tv is leuk op achtergrond als een soort van bewegende radio, meer niet. Ik zet de “middle of the road” muziek van deze marathonuitzending dan ook met enige regelmaat uit om de Kink1500 aan te zetten op Spotify. Anders houd ik het niet vol tot oudejaarsdag.